Categorieën archief

Een avondje Nick & Simon spelen

Ik wilde altijd al eens op de ronddraaiende stoelen van The Voice zitten. Vrijdag mocht het, voor de lancering van boekenconcept Nieuwzoet in Amsterdam.

Het waren niet de echte Voice-stoelen met rode drukknop en de lichtgevende letters ‘I want you’ onder je voeten, maar vier enigszins krakkemikkige bureaustoelen. Mede-jurylid Rob Waumans zei iets over het formaat van zijn zetel (‘Meer iets voor een dwerg’), maar was wel tevreden met zijn draaiende functie. Daar ging het vanavond tenslotte om.

De belangrijkste boodschap van talentenjachtconcept The Voice of Holland is: de verpakking kan misleidend zijn. Het gaat om de inhoud, niet om hoe iemand eruit ziet. Dat idee geldt ook voor een boek, vinden ze bij Nieuwzoet. Het plaatje voorop geeft zelden een goed beeld van de inhoud en de schreeuwende aanbevelingsteksten op de cover zijn uitgekauwde verkooptrucs. Weg ermee, lees de eerste bladzijde en bepaal of een verhaal jouw smaak is, is het devies.

Tijdens literaire avond Lamoer is het idee van Nieuwzoet voor één avond vertaald naar theater. Blind auditions voor boeken dus. Vier auteurs op ronddraaiende bureaustoelen als jury: Paulien Corneslisse, Rob Waumans, Gerbrand Bakker en ik. En acteur Marcel Musters die van drie boeken de eerste pagina voorleest. Een goddelijke stem waarmee je elke nacht wel in slaap wil vallen, maar dat terzijde.

Het eerste fragment begint met iemand die op de begrafenis van zijn vader is en in zichzelf iets zegt over ‘een dikke pik’ en ‘de gleuf van mijn moeder’. Dit alles is zo verwarrend dat niemand draait. Het fragment blijkt van Michel Houellebecq te zijn. In het publiek galmt het oh’s en ah’s en Paulien verdedigt de jury. Wij doen niets verkeerds, Houellebecq is een goede schrijver, maar dat betekent nog niet dat zijn stijl iedereen meteen aanspreekt.

Voor het tweede fragment draaien Rob (vrij snel) en ik (vrij laat). Rob wil halverwege bladzijde één weer terugdraaien, maar Gerbrand houdt hem tegen (‘Zo werkt het niet, vriend’). In fragment drie praat iemand tegen zichzelf in de jij-vorm. Of klopt wat Rob zegt en wordt de lezer direct aangesproken? Hoe dan ook, Paulien kaapt het derde boek.

En zo konden we nog uren doorgaan.

Lancering Nieuwzoet sept 2013

(Deze blog schreef ik voor de website van Nieuwzoet.)

getagged , ,

Top-5 eigenschappen van een goede Mol

Ruim twee miljoen Nederlanders kunnen vanavond hun Molboekje ritueel verbranden en weer slapen zonder te piekeren, want even na 20.30 uur is eindelijk bekend wie de Mol is van seizoen 13. Vorige week brak AVRO’s Wie is de Mol? opnieuw haar eigen kijkcijferrecord. Er keken ruim 2,3 miljoen mensen en daarmee is het de best bekeken aflevering van het spelprogramma ooit.

Vooruitblikkend op de finale-uitzending is het na twaalf mollen een goed moment om de balans op te maken: wat zijn de vijf beste eigenschappen van een goede Mol?

1. Super sluwheid

De nummer één eigenschap komt niet van een mol maar van een ander dier: de vos. Sluwheid is in dit spel een vereiste om de rol van mol uitmuntend te spelen en niet ontdekt te worden. Een goede Mol sluit met iedereen vriendschap, wint vertrouwen en maakt dan bij al zijn nieuwe ‘vrienden’ een andere ‘vriend’ verdacht. De illusie wekken dat zij gezamenlijk een vijand hebben, schept een band. En dat terwijl de Mol zelf de vijand is.

2. Ongekende sabotagetechnieken

Het is misschien wel de moeilijkste taak van de Mol: elke opdracht moet onopvallend gedwarsboomd worden. Dit vereist super sabotagekwaliteiten. De Mol kan zelf een opdracht laten mislukken door met opzet maar ongemerkt fouten te maken, verwarring te zaaien of met geveinsde onwetendheid vragen verkeerd te beantwoorden. Maar de Mol kan ook een andere kandidaat voor zijn karretje spannen zodat hij zelf niet opvalt als stoorzender. Hogere sabotagekunst.

3. Hongerig zijn

Een topmol snakt elke minuut naar informatie en wil precies weten wat er speelt in de groep. Hij of zij is hongerig naar anekdotes, verdachte gebeurtenissen en geheime samenwerkingen. Deze informatie inwinnen gebeurt op slinkse wijze en samenzweerderige toon en in alle hoeken van het spel, dat wil zeggen met en zonder camera, want een goede Mol is dat 24/7. Fijne bijkomstigheid van het beheersen van deze techniek: het is voor een kandidaat van levensbelang om zoveel mogelijk over andere kandidaten te weten. Een Mol die continu informatie lospeutert, verdient zo binnen de groep ook het kandidatenimago.

4. Paniek zaaien

Een goede mol saboteert niet alleen tijdens de opdrachten maar zaait ook verwarring en paniek op onverwachte momenten. Op de hotelkamer, aan het ontbijt, in de bus en in het vliegtuig. Kees Tol, kanshebber voor de Mol van dit seizoen, deed dat subliem: penningmeester Tania raakte de geldpot kwijt en Kees vond (of jatte de pot van haar, dat weten we nog niet) de envelop met al het groepsgeld in de bus. In plaats van dat hij de pot aan haar teruggaf confronteerde hij haar pas dagen later, in het bijzijn van de hele groep. ‘We hebben met z’n allen zo hard gewerkt voor al dat geld en jij raakt het zomaar kwijt?!’ Alle kandidaten waren het daarmee eens, er werd openlijk gestemd voor een nieuwe penningmeester (een functie die ook weer om vertrouwen draait) en zo stookte Kees iedereen tegen elkaar op. Paniek om geld zonder dat er een opdracht wordt gespeeld, briljant.

5. Onverwacht acteertalent

De Mol moet continu acteren, en dat nog geloofwaardig doen ook. Een supermol slaagt erin zich binnen de groep zo te presenteren dat de kandidaten niet verwachten dat hij überhaupt in staat is tot liegen en bedriegen. Dennis Weening (de Mol van seizoen 8) was heer en meester in deze eigenschap. Gedurende het hele seizoen was hij slechts één keer verdacht. Joris Linssen zei destijds tegen een medekandidaat: ‘Dennis kan niet eens liegen, dat vindt hij helemaal niet leuk.’

 

Mooi wel dus. En dat is nu precies waar goed Molschap en het spel Wie is de mol? om draait:Trust nobody’.

Wie is de Mol? Seizoen 13

P.S. Wist je dat het spel in 2001, 2002, 2009, 2010, 2011 en 2012 al werd genomineerd voor de Gouden Televizier-Ring, maar deze prijs nog nooit heeft gewonnen? Op twitter wordt volop gesuggereerd dat het in 2013 dan eindelijk gaat gebeuren.

getagged , , , ,

Artis in oorlogstijd: Duif aan het spit

Er zijn wel meer zenders dan alleen National Geographic die een WOII-weekje hebben. Op het blog deze week de meest boeiende reportages. Vandaag een gesprek dat ik hoorde op de radio, bij Spijkers met Koppen.

Wist je dat er tijdens de oorlog in totaal 250 tot 300 onderduikers in dierentuin Artis in Amsterdam hebben gezeten?

Ze wisten het in principe niet van elkaar, maar soms kwamen ze elkaar tegen, als ze bijvoorbeeld midden in de nacht een ommetje maakten. De onderduikers zaten verstopt in de holle kunst-apenrots, op de hooizolders en in de kelders van het aquarium waar het water werd gezuiverd. Artis medewerkers gaven ze te eten, incidenteel werd er een hert geslacht. Er werden ook dieren gejat, hongerige Amsterdammers hebben duiven en kippen gestolen, en zelfs het varken van de kinderboerderij. Beluister de uitzending en ontdek hoe dit precies ging: Maarten Frankenhuis, auteur van het boek Droomonderduik en oud-directeur van Artis, vertelt bevlogen over het oorlogsleven in de Amsterdamse dierentuin én over het mysterie rondom het gestolen varken, dat werd ontrafeld toen hij met pensioen ging.

Lees verder

getagged ,

Afgehakte duivenpootjes als bewijs

Niet alleen radio’s en verzetskranten werden door de Duitsers verboden. Ook duiven mochten tijdens de bezetting niet vrij rondvliegen. Ik schreef al eerder over oorlogsduiven, maar in het kader van ‘Wat zou jij doen?‘ vandaag de vraag: Zou jij je postduif inleveren?

Duivenbrigade – In Amsterdam hield vanaf juni 1940 de Duivenbrigade de duiven in de gaten. Niet echt een sexy beroep (‘Dag, ik ben Sjors, ik werk bij de Duivenbrigade. Zou ik jou eens uit eten mogen nemen?’) maar dat terzijde. De brigade bestond en was onderdeel van ‘een speciale politie-eenheid’ om te controleren dat er geen duiven, met mogelijk geheime boodschappen, door de lucht vlogen.

Pootje hakken – Vanaf 1940 mochten duiven al niet meer vrij uitvliegen en vanaf ’42 mocht je überhaupt geen duiven meer houden. Losvliegende duiven moesten worden ingeleverd bij de burgemeester. Als je zelf duiven hield, moest je de pootjes komen afgeven. De afgehakte, geringde pootjes waren het bewijs dat je inderdaad je duiven had gedood. Zou jij dit doen?

getagged , , ,

Alleen voor ‘echte mannen’: Hitler-shampoo

Wij hebben reclames met middelmatig knappe mannen die ineens onweerstaanbaar worden als ze AXE opspuiten, in Turkije hopen ze dit Axe-effect te bereiken met Hitler. Gisteravond zag ik bij DWDD dit opmerkelijke reclamefilmpje van een Turkse shampooproducent:

In het gemiddelde huishouden is de vrouw verantwoordelijk voor de inkopen. Als je er een functieomschrijving van zou maken, is de shampoo voor de man bij de boodschappentaak inbegrepen. Ervan uitgaande dat dit in Turkije ook het geval is, zie ik dit voor me:

Vrouw: “Was je haar hier eens mee, lieverd.”

Man: “Hoezo?”

Vrouw: “Hitler zegt dat het goed is, schat, doe nou maar. Baat het niet, dan schaadt het niet.”

Man: “Oké.”

En als het dan een leuke vent is, spoelt-ie de inhoud door het doucheputje, verschoont de kattenbak, legt een vers plantje in de vissenkom en koopt een reep pure chocolade met hele hazelnoten voor zijn vrouw. Hele hazelnoten: heel belangrijk.

getagged , ,

Was Hitler verliefd?

Deze doet de ronde op Facebook:

Categorie ‘WOII humor anno 2012’.

De plaat doet me denken aan het beroemde filmpje van Lucky TV (bekend van DWDD) over het bedrijfsuitje van Hitler (de beelden komen uit Der Untergang). Dit filmpje werd in 2007 al uitgezonden bij Jensen! en is daarna duizenden keren bekeken op internet. Hij blijft leuk:

Morgen begint de Boekenweek. Hier op het blog vertellen bekende Nederlandse schrijvers gedurende die anderhalve week over hun favoriete of meest indrukwekkende WOII-boek. Allemaal prachtige of ontroerende verhalen, die je volgens deze schrijvers gelezen moet hebben. Bis morgen!

getagged , ,

Het is oorlog, ja, maar nemen we nou de rode of de blauwe piste?

carlijnvis.nl is op vakantie. Skiën. En dat zette me aan het denken: ik weet dat het dagelijks leven ‘gewoon’ door ging tijdens de Tweede Wereldoorlog; mensen gingen naar hun werk, kookten, sportten en vierden zelfs feest. Dus: werd er soms ook geskied?

Mijn vader, die doorgaans alles weet, zegt: ‘Oh, dat zal best. Maar wist je trouwens dat het Zwitserse leger getraind is om met ski’s het land te verdedigen? Met dierenvellen om hun ski’s gebonden, liepen ze de berg op, door het stugge haar gleden ze niet naar beneden. Zwitserland was door al die bergen en diepe dalen sowieso al een moeilijk land om te veroveren, en daarnaast had het leger haar bewapening dus ook nog eens behoorlijk op orde.’

Wist je dat: de militairen in de winter witte uniformen droegen? Slimme winterse camouflage zodat ze praktisch onzichtbaar zijn in de sneeuw.

Anno 2012: Zwitserland heeft haar bewapening nog steeds goed voor elkaar: elke man tussen 20 en 42 jaar wordt geacht een geweer of een pistool in huis te hebben. Om het land te kunnen verdedigen. En dat is een eeuwenoude traditie. Uit nazi-documenten is ook gebleken dat de Duitsers in de Tweede Wereldoorlog Zwitserland wel wilden binnenvallen, maar dat niet durfden vanwege het schiettalent van haar burgers. In Zwitserland zijn alle mannen dienstplichtig: op je 18e verjaardag een briefje van het leger in de bus met ‘Gefeliciteerd, je mag eindelijk bij ons komen! In 18 weken leren we je dekking zoeken in de sneeuw en bugelpistes pakken zonder bochten te maken, maar we beginnen met dertig minuten bungelen aan de kabel van een stoeltjeslift. Tot maandag!’

Getallen: Per jaar krijgen zo’n 20.000 een basic training: 18 tot 21 weken buffelen. Dan ben je blijkbaar klaar om te vechten.

getagged , , ,

Jimi’s recept voor vrede op aarde

James Marshall (Jimi) Hendrix werd pas geboren in de oorlog en hoort dus niet helemaal thuis in dit rijtje met ‘inspirerende WOII quotes’, maar ik zet hem er toch tussen. Ook omdat het mijn lievelingscitaat van hem is:

So true. Zo universeel. Zo inspirerend. Jimi, midden in de oorlog geboren op 27 november 1942 als Johnny Allen Hendrix, werd bekend door zijn virtuoze gitaarspel, zijn extravagante verschijning en de vlammende optredens.

What’s in a name? Zijn vader Al Hendrix kwam terug van zijn dienstplicht in het leger en noemde zijn zoon toen James Marshall (in plaats van Johnny Allen), omdat zijn toenmalige vrouw was vreemdgegaan met een Johnny.

Wat doet je vader en hoe heet je moeder? Lucille was 17 jaar toen ze Jimi baarde. Ze was danseres en alcohol-verslaafde.

Zo vader, zo zoon: Jimi ging in dienst bij de luchtlandingsdivisie, maar werd na veertien maanden in het leger ontslagen vanwege een gebroken enkel, het resultaat van een mislukte parachutesprong. Nu kon hij zich full-time storten op de muziek. Gelukkig.

De Amerikaanse gitarist en singer-songwriter bracht een revolutie in het gitaarspelen teweeg door het gebruik van nieuwe akkoorden, feedback en vernieuwende opnametechnieken. Zijn stijl is een samensmelting van rock, blues en jazz.

Op 18 september 1970 stierf Jimi in het Samarkand Hotel in Londen, als gevolg van een overdosis slaappillen in combinatie met wijn. Hij is 27 jaar geworden, origineel lid van de 27 club. Hij tilde het elektrische gitaarspel naar een hoger niveau, de populariteit van de technieken feedbackdistortion en wahwahpedalen is door Jimi’s gebruik na zijn dood veel groter geworden.

Weetje: Hendrix was linkshandig, maar speelde altijd op een rechtshandige gitaar. In de sixties waren nog maar weinig linkshandige gitaren te koop, laat staan van goede kwaliteit.

getagged , , , , ,